Woensdagcatechese 24 september 2025
Algemene audiëntie paus Leo XIV

Op woensdag 18 december 2024 is paus Franciscus begonnen aan een cyclus van woensdagcatecheses over het Jubeljaar 2025. Paus Leo XIV zet de catechesecyclus voort vanaf woensdag 21 mei 2025.
Deze catecheses zijn in diverse talen beschikbaar op de website van het Vaticaan maar hieronder plaatsen we de link naar de Engelse tekst en voor uw gemak ook een AI vertaling naar het Nederlands. (deze AI vertaling kan onregelmatigheden bevatten)
Paus Leo XIV
Algemene Audiëntie
Woensdag 24 september 2025
Catechesecyclus
Jubileum 2025. Jezus Christus, onze hoop
III. De Passie van Jezus
8. De nederdaling
“Daarin ging Hij ook heen om te prediken tot de geesten die in de gevangenis waren.” (1Pt 3:19)
Beste broeders en zusters, goedemorgen
Vandaag zullen we opnieuw kijken naar het mysterie van Stille Zaterdag. Het is de dag van het Paasmysterie waarin alles stil en onbeweeglijk lijkt, terwijl in werkelijkheid een onzichtbare daad van verlossing wordt voltrokken: Christus daalt af naar het rijk van de doden om het nieuws van de Verrijzenis te brengen aan allen die in duisternis en in de schaduw van de dood waren.
Dit gebeuren, dat door de liturgie en traditie aan ons is overgeleverd, vertegenwoordigt het meest diepgaande en radicale gebaar van Gods liefde voor de mensheid. Het is immers niet voldoende om te zeggen of te geloven dat Jezus voor ons gestorven is: we moeten erkennen dat de trouw van zijn liefde ons heeft opgezocht waar wij zelf verloren waren, waar alleen de kracht van een licht dat het rijk van de duisternis kan doordringen, kan reiken.
De onderwereld, in de bijbelse opvatting, is niet zozeer een plaats als wel een existentiële toestand: die toestand waarin het leven uitgeput raakt, en pijn, eenzaamheid, schuld en scheiding van God en anderen overheersen. Christus bereikt ons zelfs in deze afgrond, door de poorten van dit rijk van duisternis te passeren. Hij treedt, om zo te zeggen, het huis van de dood binnen om het te ledigen, om de bewoners ervan te bevrijden, hen één voor één bij de hand nemend. Het is de nederigheid van een God die niet stopt voor onze zonde, die niet bang is wanneer Hij geconfronteerd wordt met de ultieme afwijzing door de mens.
De apostel Petrus vertelt ons in het korte fragment uit zijn eerste brief, dat we zojuist hebben gehoord, dat Jezus, levend gemaakt in de Heilige Geest, ging om het nieuws van de verlossing te brengen zelfs “tot de geesten in de gevangenis” (1 Pt 3:19). Het is een van de meest ontroerende beelden, dat niet in de canonieke evangeliën wordt uitgedrukt, maar in een apocriefe tekst genaamd het Evangelie van Nicodemus. Volgens deze traditie betrad de Zoon van God de diepste duisternis om zelfs de laatste van zijn broeders en zusters te bereiken, om ook daar zijn licht te brengen. In dit gebaar ligt alle kracht en tederheid van de paasboodschap: de dood heeft nooit het laatste woord.
Beste vrienden, deze nederdaling van Christus heeft niet alleen betrekking op het verleden, maar raakt het leven van ieder van ons. De onderwereld is niet alleen de toestand van de doden, maar ook van hen die de dood ervaren als gevolg van kwaad en zonde. Het is ook de dagelijkse hel van eenzaamheid, schaamte, verlating en de strijd van het leven. Christus treedt binnen in al deze duistere realiteiten om te getuigen van de liefde van de Vader. Niet om te oordelen, maar om te bevrijden. Niet om te beschuldigen, maar om te redden. Hij doet dit stil, op zijn tenen, als iemand die een ziekenhuiskamer binnengaat om troost en hulp te bieden.
De Kerkvaders hebben, in pagina’s van buitengewone schoonheid, dit moment beschreven als een ontmoeting: die tussen Christus en Adam. Een ontmoeting die het symbool is van alle mogelijke ontmoetingen tussen God en de mens. De Heer daalt af naar waar de mens zich uit angst heeft verborgen, roept hem bij zijn naam, neemt hem bij de hand, richt hem op en brengt hem terug naar het licht. Hij doet dit met volledige autoriteit, maar ook met oneindige tederheid, als een vader met de zoon die vreest dat hij niet langer geliefd is.
In de oosterse iconen van de Verrijzenis wordt Christus afgebeeld terwijl Hij de deuren van de onderwereld openbreekt, zijn armen uitstrekt en Adam en Eva bij de polsen grijpt. Hij redt niet alleen zichzelf; Hij keert niet alleen terug naar het leven, maar neemt de hele mensheid met zich mee. Dit is de ware glorie van de Verrezene: het is de kracht van de liefde, het is solidariteit met een God die zichzelf niet wil redden zonder ons, maar alleen met ons. Een God die niet opstaat tenzij Hij onze ellende omarmt en ons optilt naar een nieuw leven.
Stille Zaterdag is dus de dag waarop de hemel de aarde het diepst bezoekt. Het is de tijd waarin elk hoekje van de menselijke geschiedenis wordt geraakt door het licht van Pasen. En als Christus in staat was om helemaal daarheen af te dalen, kan niets worden uitgesloten van zijn verlossing. Zelfs onze nachten niet, zelfs onze oudste fouten niet, zelfs onze gebroken banden niet. Er is geen verleden zo geruïneerd, geen geschiedenis zo gecompromitteerd dat het niet geraakt kan worden door genade.
Beste broeders en zusters, afdalen is voor God geen nederlaag, maar de vervulling van zijn liefde. Het is geen mislukking, maar de manier waarop Hij laat zien dat geen plaats te ver is, geen hart te gesloten, geen graf te stevig verzegeld voor zijn liefde. Dit troost ons, dit steunt ons. En als we soms lijken te zijn vastgelopen op de bodem, laten we dan bedenken: dat is de plaats van waaruit God in staat is een nieuwe schepping te beginnen. Een schepping gemaakt van mensen die worden opgericht, harten die vergeven zijn, tranen die gedroogd zijn. Stille Zaterdag is de stille omhelzing waarmee Christus de hele schepping aan de Vader aanbiedt om haar te herstellen in zijn plan van verlossing.