Zwartrok

Het woord ‘zwar­trok’ is een in­for­mele en vaak enigszins denigrerende of spottende bena­ming voor een katho­lieke pries­ter of een gees­te­lij­ke. De term ver­wijst naar de zwarte toog (lange man­tel of soutane) die veel gees­te­lij­ken tra­di­tio­neel dragen.

Conno­ta­ties

• Neutraal gebruik: zel­den, bij­voor­beeld in his­to­rische contexten.

• Nega­tief gebruik: vaak gebruikt om afstand, kri­tiek of afwij­zing van de kerk of gees­te­lijk­heid uit te drukken, vooral in antiklerikale of satirische taal.

Voor­beeldzin

In de 19e eeuw waren de zwar­trok­ken alomte­gen­woor­dig in het onder­wijs.

Strip­boek

In 1960 verscheen een strip­boek van Jef Nys over de legenda­rische jezuïeten-mis­sio­na­ris Pieter-Jan De Smet (1801-1873), die bij de indianen van Noord-Amerika bekend was als Grote Zwar­trok.

Deze katholieke woordenlijst is nog in ontwikkeling.
Aan de beschrijvingen wordt nog geschaafd.
© Copyright 2025 Bisdom Haarlem-Amsterdam