Zuivelgeld

Zuivel­geld is een his­to­rische katho­lieke term die ver­wijst naar een afkoopsom die gelo­vi­gen kon­den betalen om tij­dens vas­ten­tijd melkproducten, boter en andere zuivel te mogen consumeren.

Ach­ter­grond en bete­ke­nis

• Tijdens de vas­ten­tijd (vooral in de Mid­del­eeuwen) was het verbo­den om vlees, eieren en zuivel te eten.
• In som­mi­ge streken kon­den mensen tegen betaling aan de Kerk een dispen­sa­tie krijgen om toch zuivel te consumeren.
• Dit geld werd vaak gebruikt voor ker­ke­lijke of lief­da­dige doelen.

Prak­tisch gebruik

• Vooral rijke gelo­vi­gen maakten hier­van gebruik, terwijl de armen zich strikter aan de vasten­regels hiel­den.
• In som­mi­ge lan­den werd het ook "boter­brief" genoemd, omdat men tegen betaling boter mocht blijven eten.

Deze praktijk verdween groten­deels na her­vor­mingen in de 19e en 20e eeuw, toen de vasten­regels versoe­peld wer­den.

Deze katholieke woordenlijst is nog in ontwikkeling.
Aan de beschrijvingen wordt nog geschaafd.
© Copyright 2025 Bisdom Haarlem-Amsterdam