Tien geboden
De Tien Geboden (Decaloog) zijn de morele richtlijn die God gaf aan het volk Israël, zoals beschreven in de Bijbel (Exodus 20 en Deuteronomium 5). De katholieke Kerk heeft deze geboden iets anders gegroepeerd dan sommige andere christelijke denominaties, maar de inhoud is hetzelfde.
- Ik ben de Heer, uw God; gij zult geen andere goden voor mijn aangezicht hebben.
(Erken alleen de ene ware God en vereer geen afgoden.)
- Gij zult de naam van de Heer, uw God, niet ijdel gebruiken.
(Gebruik Gods naam met eerbied, niet voor vloeken of misbruik.)
- Gedenk de sabbatdag, dat gij die heiligt.
(Houd de rustdag - in het christendom vaak de zondag - heilig door aanbidding en rust.)
- Eer uw vader en uw moeder.
(Toon respect en gehoorzaamheid aan je ouders en gezagsdragers.)
- Gij zult niet doden.
(Respecteer het leven en doe geen kwaad aan anderen.)
- Gij zult geen echtbreuk plegen.
(Wees trouw in het huwelijk en rein in gedachten en daden.)
- Gij zult niet stelen.
(Neem niet wat een ander toebehoort en respecteer eigendom.)
- Gij zult geen valse getuigenis spreken tegen uw naaste.
(Spreek de waarheid en laster anderen niet.)
- Gij zult niet begeren de vrouw van uw naaste.
(Vermijd jaloezie en onreine verlangens naar de partner van een ander.)
- Gij zult niet begeren wat uw naaste toebehoort.
(Wees tevreden en begeer niet de goederen van anderen.)
In de Youcat, de catechismus herschreven voor jongeren, worden de tien geboden als volgt geformuleerd:
- Ik ben de Heer, uw God. Gij zult geen andere goden naast Mij hebben.
(Geloof alleen in de ene God en zet Hem op de eerste plaats.)
- Gij zult de naam van de Heer, uw God, niet misbruiken.
(Gebruik Gods naam met respect, niet voor onzin of vloeken.)
- Gedenk de sabbatdag, dat gij die heiligt.
(Neem tijd voor God en rust, vooral op zondag.)
- Eer uw vader en uw moeder.
(Respecteer je ouders en de mensen die voor je zorgen.)
- Gij zult niet doden.
(Koester het leven en doe niemand kwaad.)
- Gij zult geen echtbreuk plegen.
(Blijf trouw in relaties en leef zuiver.)
- Gij zult niet stelen.
(Neem niet wat van een ander is.)
- Gij zult geen valse getuigenis spreken tegen uw naaste.
(Vertel de waarheid en praat niet slecht over anderen.)
- Gij zult de vrouw van uw naaste niet begeren.
(Wees niet jaloers op iemands partner.)
- Gij zult de goederen van uw naaste niet begeren.
(Wees blij met wat je hebt en misgun anderen niets.)
De Tien Geboden vormen de kern van de morele wet in het katholieke geloof en worden vaak als richtlijn voor een rechtvaardig en godvruchtig leven beschouwd.
Deze katholieke woordenlijst is nog in ontwikkeling.
Aan de beschrijvingen wordt nog geschaafd.
© Copyright 2025 Bisdom Haarlem-Amsterdam