Paasmandje

Paas­mand­jes (ook wel paasman­den) zijn mandjes gevuld met voedsel die tra­di­tio­neel op Stille Zater­dag wor­den gezegend door een pries­ter. Dit gebruik komt vooral voor in Centraal- en Oost-Europese lan­den zoals Polen, Hongarije en delen van Duits­land. In Neder­landse pa­ro­chies met veel seizoenarbei­ders uit Polen, is dit gebruik ook traditie aan het wor­den.

Symboliek en inhoud van het paas­mand­je

Elk product in het mandje heeft een reli­gi­euze bete­ke­nis:

• Brood - Verwijst naar Jezus als het "Brood des Levens".

• Eieren - Sym­bo­li­seren nieuw leven en de ver­rij­ze­nis van Christus.

• Vlees (bijv. ham of worst) - Staat voor overvloed en Gods zegen.

• Zout - Herinnert aan zuive­ring en duur­zaam­heid van het geloof.

• Boter (vaak in de vorm van een lam) - Sym­bo­li­seert Christus als het Lam Gods.

• Cake of zoet brood - Staat voor vreugde en de zoet­heid van het leven in Christus.

Ze­ge­ning van de paas­mand­jes

Op Stille Zater­dag brengen gelo­vi­gen hun mandjes naar de kerk, waar ze wor­den gezegend met wij­wa­ter. Op Paas­zon­dag wordt de inhoud van het mandje gegeten als onder­deel van het fees­te­lij­ke paasontbijt.

Dit gebruik, bekend als Święconka in Polen, is een geliefde traditie binnen de katho­lieke kerk en bena­drukt de vreugde van Pasen en de bete­ke­nis van Christus' opstan­ding.

Deze katholieke woordenlijst is nog in ontwikkeling.
Aan de beschrijvingen wordt nog geschaafd.
© Copyright 2025 Bisdom Haarlem-Amsterdam