Hubertusbrood
Hubertusbrood (in de volksmond ook wel Hubkes) is een speciaal gewijd brood dat op 3 november, de feestdag van Sint Hubertus, wordt uitgedeeld in sommige katholieke regio’s, vooral in België en Nederland. Het brood wordt door een priester gezegend en zou, volgens volksgeloof, bescherming bieden tegen hondsdolheid (rabiës) en andere kwalen, vooral bij honden en hun baasjes.
De traditie is verbonden met Sint Hubertus, de patroonheilige van jagers en honden. Naast het brood wordt soms ook een Hubertuszegen gegeven aan dieren, met name jachthonden en paarden. Dit gebruik is nog steeds levendig in bepaalde landelijke gebieden.
Andere broodtradities
Naast Hubertusbrood zijn er nog andere katholieke broodjes die een rol spelen in religieuze tradities en volksdevotie. Hier zijn enkele voorbeelden:
-
Sint-Antoniusbrood
-
Gewijd brood dat op 17 januari, de feestdag van Sint-Antonius Abt, wordt uitgedeeld.
-
Wordt geofferd als dank of om hulp te vragen aan Sint-Antonius, patroonheilige van verloren voorwerpen en vee.
-
In sommige regio’s werd het brood aan armen uitgedeeld.
-
Blasiusbrood
-
Op 3 februari, de feestdag van Sint-Blasius, gewijd brood dat bescherming zou bieden tegen keelziekten.
-
Vaak in combinatie met de Blasiuszegen, waarbij twee gekruiste kaarsen bij de keel worden gehouden.
-
Michaëlsbrood
-
Op 29 september, de feestdag van Sint-Michaël de Aartsengel, soms gewijd brood als bescherming tegen het kwaad.
-
Minder gebruikelijk, maar in sommige streken verbonden met de oogsttijd.
-
Kermisbrood (of Sint-Godelievebrood in Vlaanderen)
Deze broodtradities zijn vaak een mengeling van kerkelijke zegeningen en volksgeloof, en sommige worden nog steeds in ere gehouden.
Deze katholieke woordenlijst is nog in ontwikkeling.
Aan de beschrijvingen wordt nog geschaafd.
© Copyright 2025 Bisdom Haarlem-Amsterdam