Gregoriaans

Gre­go­ri­aanse muziek is een vorm van reli­gi­euze muziek die wordt ge­ka­rak­te­ri­seerd door monofo­nische (één-stemmige) zang zon­der instru­mentale be­ge­lei­ding. Het wordt meestal uitge­voerd in Latijn en is verbon­den met de katho­lieke li­tur­gie, vooral tij­dens de mis en andere reli­gi­euze ceremonies. De muziek is vernoemd naar Paus Gregorius I, die in de 6e eeuw het systeem van kerkzang stan­daardiseerde, hoewel het waar­schijn­lijk al eer­der bestond.

De kenmerken van gre­go­ri­aanse muziek zijn onder andere:

• Monofonie: Er is slechts één melo­dische lijn zon­der harmonieën.
• A capella: Het wordt meestal zon­der instru­menten gezon­gen.
• Vrije rit­miek: In plaats van een strikte maat, volgt de muziek vaak de na­tuur­lijke stroom van de tekst, wat een medi­ta­tieve en con­tem­pla­tieve sfeer creëert.
• Modaal: Het maakt gebruik van oude kerkmodi (muzikale toonlad­ders), die anders zijn dan de toonlad­ders die we in moderne westerse muziek vin­den.

Gre­go­ri­aanse muziek wordt vaak geas­so­ci­eerd met een serene en spi­ri­tu­ele sfeer, en het wordt nog steeds uitge­voerd in kerken, vooral tij­dens formele li­tur­gische diensten.

Deze katholieke woordenlijst is nog in ontwikkeling.
Aan de beschrijvingen wordt nog geschaafd.
© Copyright 2025 Bisdom Haarlem-Amsterdam