Dormitorium

Een dormitorium is de slaap­zaal in een klooster waar de monniken of nonnen over­nachtten. Het woord komt van het Latijnse dormire, wat “slapen” betekent.

Kenmerken

• Gemeen­schap­pe­lijke ruimte: In oudere kloosters sliep men vaak in één grote zaal, meestal op een rij een­vou­dige bed­den of stro­zakken.

• Sober­heid: De inrich­ting was uiterst een­vou­dig, passend bij het asce­tische leven.

• Rust en stilte: Er gol­den strikte regels rond stilte en gedrag, ook ’s nachts.

• Ligging: Het dormitorium bevond zich meestal boven de kloostergang en had vaak een directe doorgang naar de kerk of kapel voor nachte­lijke gebeds­diensten (zoals de metten).

• Later in­di­vi­dueel: In latere eeuwen wer­den in­di­vi­duele cellen gebruike­lijker, vooral in stren­ger con­tem­pla­tieve orden.

Het dormitorium weer­spie­gelde de idealen van eenvoud, ge­meen­schap en discipline in het kloosterleven.

Deze katholieke woordenlijst is nog in ontwikkeling.
Aan de beschrijvingen wordt nog geschaafd.
© Copyright 2025 Bisdom Haarlem-Amsterdam