







|
|
|

Bevrijdingstheologie
Bevrijdingstheologie is een stroming binnen de christelijke theologie - met name binnen het katholicisme - die zich richt op het bevrijden van mensen uit sociale, politieke en economische onderdrukking, geïnspireerd door de boodschap van het evangelie. Ze ontstond in de jaren 1960-70 in Latijns-Amerika, in een context van armoede, ongelijkheid en dictaturen.
Kernideeën
-
God kiest de kant van de armen: Bevrijdingstheologen geloven dat God zich op een bijzondere manier identificeert met de armen en onderdrukten, en dat het christendom een oproep is tot actieve solidariteit met hen.
-
Het evangelie als oproep tot sociale actie: De leer van Jezus wordt niet alleen gezien als een spirituele boodschap, maar ook als een oproep om onrechtvaardige structuren te bestrijden.
-
Contextuele theologie: De theologie moet vertrekken vanuit de realiteit van het lijden van mensen, en mag niet losstaan van hun sociale omstandigheden.
-
"Praxis" (praktijk): Geloof is niet alleen iets van woorden of gebed, maar ook van concrete daden: werken aan rechtvaardigheid, vrede en bevrijding.
Belangrijke figuren
-
Gustavo Gutiérrez (Peru): Wordt gezien als de grondlegger met zijn boek "Teología de la liberación" (1971).
-
Leonardo Boff (Brazilië): Een invloedrijke theoloog en criticus van sociaal onrecht.
-
Óscar Romero (El Salvador): Aartsbisschop die opkwam voor de armen en vermoord werd; in 2018 heilig verklaard.
Controverse
-
Kritiek van het Vaticaan: Met name onder paus Johannes Paulus II en kardinaal Ratzinger (later paus Benedictus XVI) werd de bevrijdingstheologie bekritiseerd, vooral vanwege de vermeende invloed van marxistische ideeën.
-
Tegenwoordig: De stroming blijft invloedrijk, vooral in Latijns-Amerika, maar ook wereldwijd, vaak in aangepaste vormen. Paus Franciscus toont meer sympathie voor de uitgangspunten van sociale gerechtigheid.
Deze katholieke woordenlijst is nog in ontwikkeling. Aan de beschrijvingen wordt nog geschaafd. © Copyright 2025 Bisdom Haarlem-Amsterdam
|
|