Bisdom Haarlem-Amsterdam











    Anima - Animus

    In katho­lieke context (en bre­der theo­lo­gisch en filo­so­fisch), hebben de termen anima, animus en anime een oorsprong in het Latijn, en ver­wij­zen ze in de eerste plaats naar het begrip ziel. Ze zijn nauw verwant, maar wor­den op ver­schil­lende manieren gebruikt.

    1. Anima - de men­se­lijke ziel (vrouwe­lijk)

    • Latijns woord voor "ziel", vooral in de bete­ke­nis van de levensadem of onster­fe­lijke ziel van de mens.

    • In de katho­lieke theo­lo­gie is de anima het gees­te­lij­ke, onster­fe­lijke deel van de mens dat door God is geschapen.

    • De ziel (anima) is volgens de Kerk het centrum van bewust­zijn, wil, verstand en geloof.

    • Anima wordt gezien als de vorm van het lichaam (volgens de leer van Thomas van Aquino).

    Voor­beeld: De anima scheidt zich bij de dood van het lichaam en gaat naar het oor­deel.

    2. Animus - geest, wil of intentie (manne­lijk)

    • Ook Latijn voor "ziel" of "geest", maar met een andere nuance dan anima.

    • In klassieke teksten (ook bij kerk­va­ders en filosofen) ver­wijst animus vaker naar de rationele kant, zoals:

      • de wil,

      • het verstand,

      • de inner­lijke hou­ding of gezind­heid.

    Voor­beeld: De animus van de marte­laar is gericht op Christus, zelfs tot in de dood.

    3. Anime - meervoud van "anima"

    • "Anime" is gewoon het meervoud van anima in het Latijn: dus "zielen".

    • Komt voor in gebe­den zoals:
      "Anime del Purgatorio" = Zielen in het vagevuur.

    Deze katholieke woordenlijst is nog in ontwikkeling.
    Aan de beschrijvingen wordt nog geschaafd.
    © Copyright 2025 Bisdom Haarlem-Amsterdam




    Bisdom Haarlem - Amsterdam • Postbus 1053 • 2001 BB  Haarlem • (023) 511 26 00 • info@bisdomhaarlem-amsterdam.nlDisclaimerDeze website is gerealiseerd door iMoose