Altaarsteen
De afdeksteen die in een altaar ligt of op het altaar is geplaatst, heet in de katholieke traditie een altaarsteen (Latijn: lapis altaris) of altaarsteen met relikwieën.
Wat is het?
Een altaarsteen is een geconsecreerde steen (vaak marmer of hardsteen), die:
Deze steen werd (en wordt soms nog) in of op een altaar geplaatst om dat altaar geschikt te maken voor het celebreren van de eucharistie.
Kenmerken
-
Vaak voorzien van een kruisje in de hoeken en in het midden.
-
Bevat een klein, gesloten reliekenkistje (reliquiarium) met zegel.
-
Moet rusten op een stevige structuur (het altaar zelf).
-
Werd gebruikt in zowel vaste altaren (kerk) als draagbare altaren (veldmissen of privékapellen).
Liturgische betekenis
De altaarsteen maakt het altaar tot een heilige plaats, verbonden met de gemeenschap van heiligen en de apostolische traditie. Het gebruik verwijst naar de oude praktijk van het vieren van de eucharistie op de graven van martelaren.
Huidige praktijk
-
Sinds het Tweede Vaticaans Concilie is het niet langer verplicht dat een altaar een aparte altaarsteen bevat, zolang het altaar als geheel is gewijd en eventueel relieken bevat.
-
In moderne kerken zijn de relieken meestal ingemetseld in de altaartafel zelf.
Deze katholieke woordenlijst is nog in ontwikkeling.
Aan de beschrijvingen wordt nog geschaafd.
© Copyright 2025 Bisdom Haarlem-Amsterdam