Dankmis voor de Paus
Vrijdagavond 1 maart
Bij gelegenheid van het terugtreden van paus Benedictus werd op vrijdag 1 maart in de kathedraal een dankviering gehouden, met bisschop mgr. dr. J. Punt, net terug uit Spanje, hulpbisschop mgr. dr. J. Hendriks en hulpbisschop-emeritus mgr. J. van Burgsteden SSS. Enkele honderden gelovigen waren naar de Leidsevaart gekomen om te bidden voor een goede opvolger.
Mgr. Hendriks hield de navolgende overweging.
Jan-Jaap van Peperstraten maakte de fotoreportage onderaan dit bericht.
Homilie
We zijn vanavond bijeen gekomen om God te danken voor de inzet van emeritus-paus Benedictus XVI die afstand heeft gedaan, en om Gods bijzondere zegen en bijstand te vragen voor het conclaaf dat binnenkort gaat beginnen, de bijeenkomst dus van de kardinalen waarin de nieuwe paus zal worden gekozen.
Die verkiezing zal zoals gebruikelijk plaatsvinden in stilte en gebed in de Sixtijnse kapel in het Vaticaan.
Het is in deze dagen precies vijfhonderd jaar geleden dat paus Julius II stierf die deze Sixtijnse kapel heeft laten beschilderen met de wereldberoemde fresco’s van Michelangelo.
En zo komt het dat de kardinalen het Laatste Oordeel voor ogen hebben dat Michelangelo op de wand achter het altaar heeft geschilderd, als zij hun stembriefje invullen met de naam van degene die zij als nieuwe paus, als opvolger van de apostel Petrus willen kiezen.
Dat laatste oordeel herinnert de kardinalen eraan dat zij zich niet moeten laten leiden door menselijk opzicht, niet door nationale of politieke voorkeuren en niet door persoonlijke sympathieën, maar dat zij diegene moeten kiezen die zij met God alleen en dat Laatste Oordeel voor ogen, de meest waardige en geschikte opvolger voor paus Benedictus XVI vinden.
Één voor één zullen die stembriefjes worden voorgelezen door één van de drie kardinalen die door loting in de kiescommissie zijn gekomen en op het moment dat iemand tweederde van de stemmen van de kardinalen zal hebben gekregen, is de verkiezing een feit: de deken van het kardinalencollege zal de gekozene vragen of hij zijn verkiezing aanvaardt en op het moment dat die “ja” zegt, - “accipio” in het Latijn - op dat moment hebben we een nieuwe paus.
De witte rook zal opstijgen als de stembriefjes worden verbrand en de paus zal op het balkon van de Sint Pieter zijn eerste zegen geven als opperherder van de Kerk en dienaar der dienaren Gods.
Aan ons wordt gevraagd om vanavond en in de komende tijd te bidden dat de Heer Zijn zegen geeft over dit conclaaf opdat de uitkomst voor de Kerk heel vruchtbaar zal zijn en de kardinalen een paus zullen kiezen die in zijn persoonlijk leven voorbeeldig is, een heilige, een herder, een vader, en die een weldaad zal zijn voor de Kerk en voor de verkondiging van het evangelie.
We hebben vanavond het evangelie gehoord van de Heer die zijn dienaars naar de wijngaard zendt maar die dienaars hebben het daar niet gemakkelijk, ze krijgen het zwaar te verduren.
Natuurlijk doet ons deze parabel vanavond toch een beetje denken aan die bekende woorden uit de eerste toespraak van paus Benedictus XVI op het balkon van de Sint Pieter, die zichzelf toen “een nederige dienaar in de wijngaard van de Heer” heeft genoemd.
Inderdaad is dat een bijzonder kenmerk van onze paus geweest, het is al vaak genoemd: dat hij in eenvoud en nederigheid, in alle beminnelijkheid de Kerk heeft gediend met de grote gaven van zijn hoofd en zijn hart.
Hij was meer dienaar dan vorst of prelaat.
En zoals die dienaren in het evangelie heeft onze emeritus-paus Benedictus het daarbij niet gemakkelijk gehad.
Hij werd geconfronteerd met diefstal van vertrouwelijke documenten door één of meer naaste medewerkers en met het schandaal van het seksueel misbruik, om maar iets te noemen.
Paus Benedictus heeft vele malen over het misbruik zijn diepe droefheid uitgesproken en op verschillende buitenlandse reizen groepen van slachtoffers bezocht om hun verhalen te horen.
Op de beelden van die ontmoetingen is duidelijk te zien hoezeer hem dit heeft aangegrepen.
Hij heeft de Kerk nieuwe regels en normen gegeven, waar nodig een onderzoek in laten stellen, situaties aangepakt ook als dat betekende dat hij verantwoordelijken moest straffen.
Hij heeft gehandeld, situaties niet laten voortduren, en als het nodig was niet geaarzeld om ook bisschoppen te ontslaan wegens incompetent gedrag.
Dat was moeilijk en pijnlijk maar ik denk dat de paus wel een basis heeft gelegd voor meer openheid en toezicht op dit punt.
De tijd is niet gemakkelijk, niet voor de Kerk, die door zwaar weer is gegaan en nog gaat en niet voor onze maatschappij die zich in een ernstige economische en morele crisis bevindt.
Juist deze dagen zijn cijfers bekend geworden die erop wijzen dat nog meer winkels en bedrijven in de rode cijfers zitten, nog meer gezinnen het financieel niet kunnen redden, ouderen in problemen komen, er nog meer mensen werkloos worden en de recessie nog wel even aan zal houden.
Ook alle mensen die onder de crisis lijden hebben vanavond recht op een teken van ons medeleven en ons gebed en op onze inzet voor sociale rechtvaardigheid en voor bescherming van de zwaksten in onze samenleving.
Ik mag er vanavond aan herinneren dat de laatste Encycliek van paus Benedictus XVI “Caritas in veritate” juist over deze situatie en de gevolgen van de economische crisis gaat.
Maar hoe erg deze situaties ook zijn, ten diepste, uiteindelijk moeten we ons er niet door van ons stuk laten brengen.
We moeten werken, ons inzetten voor het goede, voor de eer van het God en het welzijn van mensen, zeker, maar de Kerk en de maatschappij en wijzelf zijn in Gods handen; we zijn geborgen in Hem die in Zijn liefde voor ons tot het uiterste heeft willen gaan en nog steeds is de kern van ons geloof dat God met ieder van ons een plan van liefde heeft, dat Hij het kruis niet verwijdert uit ons leven maar wel ons steunt en helpt en sterkt en ons leidt naar het geluk.
Daarom krijgt in ons geloof het vertrouwen toch altijd het laatste woord.
“Vergeet nooit de wonderen die de Heer deed” (tussenzang).
Trouwens vijfhonderd jaar geleden, toen Michelangelo zijn Laatste Oordeel schilderde was het ook allemaal niet zo best gesteld, in Kerk en maatschappij.
Luther noemde de Kerk zelfs de hoer van Babylon, maar hij had ongelijk door haar te verlaten en een verzoening af te wijzen.
Hij had eigenlijk te veel naar de menselijke kant, naar bepaalde zondige, wereldse aspecten gekeken, maar - om die vergelijking maar te trekken - als een pastoor je iets naars zegt of je misschien zelfs een slecht voorbeeld geeft, is daarmee je geloof toch nog niet aangetast? Het geloof zit in ons hart, het is onze relatie met de Heer en de basis en de kern daarvan zijn de aanwezigheid en het liefdevol handelen van God en Gods Zoon Jezus Christus, die tot ons komt in de sacramenten.
Zo’n vijftig jaar later, na de protesten van Luther, kwam er een nieuw begin, een nieuwe bloei in de Kerk met een regen, een stortvloed van nieuwe, grote heiligen: Ignatius, Franciscus Xaverius, Theresia van Avila, Philippus Neri, Johannes van het Kruis, Pius V en Carolus Borromeus en ga zo maar door, zij hebben toen de Kerk van binnen uit vernieuwd.
Ook dat was een van de grote lijnen van het pontificaat van paus Benedictus: hij heeft ons willen wijzen op die kern waar het eigenlijk om gaat, ons willen wijzen op het hart van ons geloof.
Hij heeft drie Encyclieken geschreven Één ging er dus over de sociale gerechtigheid, die andere twee over de Liefde en de Hoop.
Er was nog een derde voorzien, die over het geloof zou gaan, in dit jaar van het geloof.
Daar komt het op aan: geloof, hoop en liefde, deze drie, en de liefde is de grootste, dus daar was de paus mee begonnen.
Verder leerde hij ons God voor ogen te houden.
In de liturgie wilde hij dat het minder een mensen-feestje zou zijn en dat de nadruk meer zou komen te liggen op het mysterie van Gods tegenwoordigheid en op de ontmoeting met Hem.
Door af te treden heeft paus Benedictus XVI een historische stap genomen, een moedige stap ook.
In de hele geschiedenis van de Kerk zijn maar een paar pausen aan te wijzen die ditzelfde hebben gedaan en dat was al weer vele eeuwen geleden.
Hij heeft het gedaan voor het welzijn van de Kerk, omdat hij besefte dat iemand nodig was met meer kracht en gezondheid om dit zware ambt te kunnen vervullen.
Uit deze beslissing spreekt dezelfde houding als waarmee hij was begonnen: een nederige dienaar in de wijngaard van de Heer, het gaat niet om hem, het is niet zijn Kerk het gaat om de Heer en de Kerk is van God, niet van ons.
De paus heeft gediend, zo goed hij kon, nu gaat hij weer en blijft voor ons bidden. En hij blijft studeren. Vandaag is hij al meteen in de theologie gedoken, zo meldde ons het Vaticaan.
Wij wensen vanavond onze emeritus-paus alle goeds en Gods zegen toe en wij begeleiden de kardinalen in het conclaaf met ons gebed om Gods zegen en de komst van de heilige Geest.
Kom, heilige Geest en schenk ons een goede nieuwe herder voor uw Kerk, een man naar Uw Hart
AMEN.