Bisdom Haarlem-Amsterdam









Dankmis voor de Paus

Vrijdagavond 1 maart

gepubliceerd: dinsdag, 5 maart 2013

Bij gelegen­heid van het terug­tre­den van paus Bene­dic­tus werd op vrij­dag 1 maart in de ka­the­draal een dank­vie­ring gehou­den, met bis­schop mgr. dr. J. Punt, net terug uit Spanje, hulp­bis­schop mgr. dr. J. Hendriks en hulp­bis­schop-emeritus mgr. J. van Burg­ste­den SSS. Enkele hon­der­den gelo­vi­gen waren naar de Leidse­vaart geko­men om te bid­den voor een goede op­vol­ger.

Mgr. Hendriks hield de navolgende over­we­ging.
Jan-Jaap van Peperstraten maakte de fotoreportage onderaan dit bericht.

Homilie

We zijn van­avond bijeen geko­men om God te danken voor de inzet van emeritus-paus Bene­dic­tus XVI die afstand heeft gedaan, en om Gods bij­zon­dere zegen en bijstand te vragen voor het conclaaf dat bin­nen­kort gaat beginnen, de bij­een­komst dus van de kar­di­na­len waarin de nieuwe paus zal wor­den gekozen.

Homilie door mgr. HendriksDie verkie­zing zal zoals gebruike­lijk plaats­vin­den in stilte en gebed in de Sixtijnse kapel in het Vati­caan.

Het is in deze dagen precies vijf­hon­derd jaar gele­den dat paus Julius II stierf die deze Sixtijnse kapel heeft laten beschil­de­ren met de we­reld­be­roemde fresco’s van Miche­lan­ge­lo.

En zo komt het dat de kar­di­na­len het Laatste Oordeel voor ogen hebben dat Miche­lan­ge­lo op de wand achter het altaar heeft geschil­derd, als zij hun stem­briefje invullen met de naam van degene die zij als nieuwe paus, als op­vol­ger van de apostel Petrus willen kiezen.

Dat laatste oor­deel herinnert de kar­di­na­len eraan dat zij zich niet moeten laten lei­den door men­se­lijk opzicht, niet door natio­nale of poli­tieke voor­keu­ren en niet door per­soon­lijke sympathieën, maar dat zij diegene moeten kiezen die zij met God alleen en dat Laatste Oordeel voor ogen, de meest waar­dige en geschikte op­vol­ger voor paus Bene­dic­tus XVI vin­den.

Één voor één zullen die stem­briefjes wor­den voor­ge­le­zen door één van de drie kar­di­na­len die door loting in de kies­com­mis­sie zijn geko­men en op het moment dat iemand twee­derde van de stemmen van de kar­di­na­len zal hebben gekregen, is de verkie­zing een feit: de deken van het kar­di­na­len­col­lege zal de gekozene vragen of hij zijn verkie­zing aanvaardt en op het moment dat die “ja” zegt, - “accipio” in het Latijn - op dat moment hebben we een nieuwe paus.

De witte rook zal opstijgen als de stem­briefjes wor­den verbrand en de paus zal op het balkon van de Sint Pieter zijn eerste zegen geven als opperher­der van de Kerk en die­naar der dienaren Gods.

Aan ons wordt gevraagd om van­avond en in de ko­men­de tijd te bid­den dat de Heer Zijn zegen geeft over dit conclaaf opdat de uit­komst voor de Kerk heel vrucht­baar zal zijn en de kar­di­na­len een paus zullen kiezen die in zijn per­soon­lijk leven voor­beel­dig is, een heilige, een her­der, een vader, en die een wel­daad zal zijn voor de Kerk en voor de ver­kon­di­ging van het evan­ge­lie.

We hebben van­avond het evan­ge­lie gehoord van de Heer die zijn die­naars naar de wijn­gaard zendt maar die die­naars hebben het daar niet ge­mak­ke­lijk, ze krijgen het zwaar te ver­du­ren.

Na­tuur­lijk doet ons deze parabel van­avond toch een beetje denken aan die bekende woor­den uit de eerste toe­spraak van paus Bene­dic­tus XVI op het balkon van de Sint Pieter, die zich­zelf toen “een nederige die­naar in de wijn­gaard van de Heer” heeft genoemd.

Inder­daad is dat een bij­zon­der kenmerk van onze paus geweest, het is al vaak genoemd: dat hij in eenvoud en nede­rig­heid, in alle beminne­lijk­heid de Kerk heeft gediend met de grote gaven van zijn hoofd en zijn hart.

Hij was meer die­naar dan vorst of prelaat.

En zoals die dienaren in het evan­ge­lie heeft onze emeritus-paus Bene­dic­tus het daarbij niet ge­mak­ke­lijk gehad.

Hij werd gecon­fron­teerd met diefstal van ver­trouwe­lijke do­cu­menten door één of meer naaste mede­wer­kers en met het schandaal van het seksueel mis­bruik, om maar iets te noemen.

Paus Bene­dic­tus heeft vele malen over het mis­bruik zijn diepe droef­heid uit­ge­spro­ken en op ver­schil­lende bui­ten­landse reizen groepen van slacht­of­fers bezocht om hun verhalen te horen.

Op de beel­den van die ont­moe­tingen is dui­de­lijk te zien hoe­zeer hem dit heeft aangegrepen.

Hij heeft de Kerk nieuwe regels en normen gegeven, waar nodig een onder­zoek in laten stellen, situaties aangepakt ook als dat betekende dat hij verant­woor­de­lijken moest straffen.

Hij heeft gehandeld, situaties niet laten voort­du­ren, en als het nodig was niet geaarzeld om ook bis­schop­pen te ontslaan wegens incompe­tent gedrag.

Dat was moei­lijk en pijn­lijk maar ik denk dat de paus wel een basis heeft gelegd voor meer open­heid en toe­zicht op dit punt.

De tijd is niet ge­mak­ke­lijk, niet voor de Kerk, die door zwaar weer is gegaan en nog gaat en niet voor onze maat­schap­pij die zich in een erns­tige econo­mische en morele crisis bevindt.

Juist deze dagen zijn cijfers bekend gewor­den die erop wijzen dat nog meer winkels en bedrijven in de rode cijfers zitten, nog meer ge­zin­nen het finan­cieel niet kunnen red­den, ouderen in problemen komen, er nog meer mensen werkloos wor­den en de recessie nog wel even aan zal hou­den.

Ook alle mensen die onder de crisis lij­den hebben van­avond recht op een teken van ons medeleven en ons gebed en op onze inzet voor sociale recht­vaar­dig­heid en voor bescher­ming van de zwaksten in onze samen­le­ving.

Ik mag er van­avond aan her­in­ne­ren dat de laatste En­cy­cliek van paus Bene­dic­tus XVI “Caritas in veritate” juist over deze situatie en de gevolgen van de econo­mische crisis gaat.

Maar hoe erg deze situaties ook zijn, ten diepste, uit­ein­delijk moeten we ons er niet door van ons stuk laten brengen.

We moeten werken, ons inzetten voor het goede, voor de eer van het God en het wel­zijn van mensen, zeker, maar de Kerk en de maat­schap­pij en wij­zelf zijn in Gods han­den; we zijn geborgen in Hem die in Zijn liefde voor ons tot het uiterste heeft willen gaan en nog steeds is de kern van ons geloof dat God met ieder van ons een plan van liefde heeft, dat Hij het kruis niet verwij­dert uit ons leven maar wel ons steunt en helpt en sterkt en ons leidt naar het geluk.

Daarom krijgt in ons geloof het ver­trouwen toch altijd het laatste woord.

“Vergeet nooit de won­de­ren die de Heer deed” (tussenzang).

Trouwens vijf­hon­derd jaar gele­den, toen Miche­lan­ge­lo zijn Laatste Oordeel schil­derde was het ook allemaal niet zo best gesteld, in Kerk en maat­schap­pij.

Luther noemde de Kerk zelfs de hoer van Babylon, maar hij had onge­lijk door haar te verlaten en een ver­zoe­ning af te wijzen.

Hij had eigen­lijk te veel naar de men­se­lijke kant, naar bepaalde zon­dige, wereldse aspecten gekeken, maar - om die vergelij­king maar te trekken - als een pastoor je iets naars zegt of je mis­schien zelfs een slecht voor­beeld geeft, is daar­mee je geloof toch nog niet aangetast? Het geloof zit in ons hart, het is onze relatie met de Heer en de basis en de kern daar­van zijn de aanwe­zig­heid en het liefde­vol han­de­len van God en Gods Zoon Jezus Christus, die tot ons komt in de sacra­menten.

Zo’n vijf­tig jaar later, na de protesten van Luther, kwam er een nieuw begin, een nieuwe bloei in de Kerk met een regen, een stortvloed van nieuwe, grote heiligen: Ignatius, Fran­cis­cus Xaverius, Theresia van Avila, Philippus Neri, Johannes van het Kruis, Pius V en Carolus Borromeus en ga zo maar door, zij hebben toen de Kerk van binnen uit vernieuwd.

Ook dat was een van de grote lijnen van het pon­ti­fi­caat van paus Bene­dic­tus: hij heeft ons willen wijzen op die kern waar het eigen­lijk om gaat, ons willen wijzen op het hart van ons geloof.

Hij heeft drie En­cy­clie­ken ge­schre­ven Één ging er dus over de sociale ge­rech­tig­heid, die andere twee over de Liefde en de Hoop.

Er was nog een derde voor­zien, die over het geloof zou gaan, in dit jaar van het geloof.

Daar komt het op aan: geloof, hoop en liefde, deze drie, en de liefde is de grootste, dus daar was de paus mee be­gon­nen.

Verder leerde hij ons God voor ogen te hou­den.

In de li­tur­gie wilde hij dat het min­der een mensen-feestje zou zijn en dat de nadruk meer zou komen te liggen op het mysterie van Gods te­gen­woor­dig­heid en op de ont­moe­ting met Hem.

Door af te tre­den heeft paus Bene­dic­tus XVI een his­to­rische stap geno­men, een moe­dige stap ook.

In de hele ge­schie­de­nis van de Kerk zijn maar een paar pausen aan te wijzen die dit­zelfde hebben gedaan en dat was al weer vele eeuwen gele­den.

Hij heeft het gedaan voor het wel­zijn van de Kerk, omdat hij besefte dat iemand nodig was met meer kracht en ge­zond­heid om dit zware ambt te kunnen vervullen.

Uit deze beslis­sing spreekt dezelfde hou­ding als waar­mee hij was be­gon­nen: een nederige die­naar in de wijn­gaard van de Heer, het gaat niet om hem, het is niet zijn Kerk het gaat om de Heer en de Kerk is van God, niet van ons.

De paus heeft gediend, zo goed hij kon, nu gaat hij weer en blijft voor ons bid­den. En hij blijft stu­de­ren. Vandaag is hij al meteen in de theo­lo­gie gedoken, zo meldde ons het Vati­caan.

Wij wensen van­avond onze emeritus-paus alle goeds en Gods zegen toe en wij be­ge­lei­den de kar­di­na­len in het conclaaf met ons gebed om Gods zegen en de komst van de heilige Geest.

Kom, heilige Geest en schenk ons een goede nieuwe her­der voor uw Kerk, een man naar Uw Hart

AMEN.





Bisdom Haarlem - Amsterdam • Postbus 1053 • 2001 BB  Haarlem • (023) 511 26 00 • info@bisdomhaarlem-amsterdam.nlDisclaimerDeze website is gerealiseerd door iMoose